ZinTUIgeN is de mooiste tuin van Noord Holland. Eén hectare vol prachtige natuur.

Flora, Mijn tuinblog, Overige fauna, Vogels

187 beschermde orchideeën

Ik schrik mij de krullen uit mijn haar wanneer ik naar de kardinaalsmuts kijk. Normaal gesproken een prachtige struik vol in het blad en met heel bijzondere takken. Vierkant met prehistorisch ogende kartels. Het is de tactiek van de verschroeide aarde. Rupsen trekken van tak naar tak en vreten al het groen wat ze tegenkomen systematisch op. Als sporen laten ze de kale takken achter, ingepakt met taai, grijswitte vitrage. Wanneer de zon er op schijnt en de wind het doet bewegen lijken het wel een spookstruiken. Je kan je haast niet voorstellen dat de struik in de zomer weer vol blad en prachtige oranje en rode kardinaalsmutsen zal hangen. Wat een levenskracht!

Als ik even ga zitten valt het mij op hoeveel vogelouders met volle snavels af en aan vliegen. Ik zie op dit moment behalve de mezen: roodborstjes, merels, winterkoninkjes en zwartkoppen. Ze verraden op eenvoudige wijze de plek van hun nest en daar zijn gevaren aan verbonden. De eksters en kraaien slaan het geheel vanuit een naburige boom afwachtingvol gade. En als de ouders de nestplek niet verraden dan doen de schreeuwende jongen het zelf wel. Mooi is dat een alarmerend signaal van een ouder in één klap het nest tot zwijgen brengt.

Wanneer mijn dochter Lente en ik in de tuin aan het ballen zijn, zie ik vanuit mijn ooghoeken een vogel neerdwarrelen en onder een struik kruipen. Het is een bonte spechtenjong. Bijna volwassen en ogenschijnlijk ongehavend. Ze maakt een wat aangeslagen indruk en ik kan haar ook zo pakken. Wat is hij mooi en zo dichtbij. De streep op zijn kop is nu al zo kenmerkend helder rood. We brengen hem naar de Vogelopvang in Bergen en krijgen een paar dagen later bericht dat hij gezond en wel vrijgelaten is.

Elke dag hoor ik in de tuin wel het ‘tjiek’ van de grote bonte specht. ’s Winters hangen ze in een pindaslinger op 3 meter afstand van waar ik aan het werk ben. Ik kan ze dan prachtig bekijken. Het vrouwtje zonder het karakteristieke rood in haar nek en het mannetje met. Als ze wegvliegen is het in de zo typerende golvende beweging. Een paar snelle vleugelslagen en ze stijgen. Dan drukt de specht de vleugels tegen het lijf en wordt het dalen ingezet. In een prachtig ritme golft de specht zo door de lucht. Het doet mij denken aan een vakantie waarin mijn dochter Lieske al rennend met haar armen bewegend als vleugels en op en neergaand door haar knieën de specht imiteerde. Een warm gevoel stroomt door mijn lijf.

Ik laat oude dode bomen in de tuin staan: een rijk voorziene dis met talloze smakelijke insecten. Goed is het om te horen van Staatsbosbeheer dat er ondanks het kappen in het bos, tegenover ons huis, rekening gehouden wordt met de specht en oude dode bomen mogen blijven staan. De kogelronde spechtengaten zullen hun nut blijven behouden.

In de brandende zon trekken we de overheersende akkerdistels uit het wilde-bloemenweiland. Kruiwagen na kruiwagen. Het is uitkijken want tussen het gras staan overal wilde orchideeën. Hier en daar schemeren ze als een paarse gloed door het gras. Als beloning beloof ik ze te tellen als we klaar zijn. Eenmaal begonnen ontdek ik er steeds meer. De teller stopt op 187, ongelooflijk.